Als je van iemand houdt
en je bent van hem gescheiden,
kan niets de leegte van zijn afwezigheid vullen;
je moet dat niet proberen,
je moet eenvoudig aanvaarden
en volharden.
Dat klinkt hard,
maar het is een grote troost
want zolang de leegte blijft,
blijf je aldoor met elkaar verbonden.
Het is fout te zeggen:
God vult die leegte.
Hij vult haar helemaal niet,
integendeel.
Hij houdt die leegte leeg
en helpt ons zo
de vroegere gemeenschap met elkaar
te bewaren, zij het dan ook in pijn.
Hoe mooier en rijker de herinneringen,
des te moeilijker de scheiding.
Maar dankbaarheid verandert de
pijn der herinnering in
stille vreugde.
De mooie dingen van vroeger zijn
geen doorn in het vlees,
maar een kostbaar geschenk
dat je meedraagt.
Je moet zorgen dat je niet in
je herinneringen blijft graven en je
erin verliest.
Een kostbaar geschenk
bekijk je niet aldoor,
maar alleen op
bijzondere ogenblikken.
Buiten die ogenblikken
is het een verborgen schat,
een veilig bezit.
Dan wordt het verleden
een blijvende bron van
vreugde en van kracht.
Dietrich Bonhoeffer